Onze rit maandag van Haugesund naar Stavanger begon een beetje regenachtig en duurde ongeveer twee uur en, ja hoor, er zat weer een pont in. Voorop staand zag ik een groep dolfijnen. Jan zag ze niet, die bestudeerde paddo's achterop. Dat zijn van die witte dingen met een rood dakje die je in heel Noorwegen langs de waterkant vindt. En nee, geen gebrek aan Jägermeister, dat lukt nog aardig (taxfree op de veerboten te betalen).

Stavanger had het goed met ons voor want de zon scheen volop. We hebben heerlijk op een terras aan de freske reker gezeten (emmertje garnalen met broodje), op het terrasje waar we dat al bij twee eerdere gelegenheden ook hebben gedaan. Later zijn we omhoog gelopen naar Gamle Stavanger een wijkje met houten huizen en erg veel bloemen. Heel fotogeniek. Er is daar ook een oude sardientjesinblikfabriek (scrabblewoord) die is omgebouwd tot museum. We hebben ons prima vermaakt. 's Avonds stak de wind op en werd het frisser.

Dinsdagmorgen naar het busstation en met de bus van 9:45 uit een druilerig Stavanger weg. Tot het vliegveld Solo regende het, in Sandenes werd het droog (rond 10:15)en daarna steeds beter. Heel wisselend landschap door bergen, langs fjorden en door dorpjes. Dit keer voor het eerst sinds het begin van de vakantie onze zeebenen niet nodig gehad. Om even na enen waren we in Kristiansand. Dat was vreemd, de stad is volgens een ruitjespatroon opgebouwd na een grote brand meer dan een eeuw geleden, alleen de kerk staat er wat schuin in. Die herkenden we nog, want 37 jaar geleden, in 1973, hebben we hier een tweedaagse gelopen. Verder viel op hoeveel buitenlanders er zijn. Beetje rommelig. Maar wel een leuke strandpromenade en een oude vesting aan het water. dus toch weer van zon genoten, graadje of 18 deze laatste dagen.

Gistermorgen, woensdag dus, al vroeg van het hotel naar de boot gelopen. Colorline vaart om acht uur en je moet er een uur van te voren zijn. Om kwart over twaalf waren we in het Deense Hirtshals. Dat na twee mooie vuurtorens aan de Noorse kant en een hier. Na de lunch zijn we naar de vuurtoren van Hirtshals gelopen en we hebben de 144 treden omhoog genomen. Makkelijke en ruime trap, op het laatste stukje na (12 treden). Magnifiek uitzicht over dorp en kust. We logeerden in Hotel Hirtshals en daarnaast zit Hirtshals Kro, het oudste gebouw van het dorp; ze serveren er heerlijke vis.

Jan staat nu bij het station in het zonnetje te wachten tot ik terug ben uit de lokale bibliotheek, want daar is (net als trouwens in vrijwel alle bibliotheken ter wereld) gratis internet. We varen om 12:45 en doen er naar Larvik drie uur en drie kwartier over.

We vinden het gedoe nog steeds leuk, alleen is ons rode koffertje (ex-kerstpakketdoos van DE) door zijn as gezakt en trekt het wat moeilijk, maar een paar dagen gaat het nog wel.

groetjes van ons beiden